De Kennisgroep inkomstenbelasting niet-winst heeft de vraag beantwoord of de partnerschapsfictie voor de inkomensafhankelijke combinatiekorting van toepassing is wanneer een kind en de belastingplichtige (ouder van het kind) niet staan ingeschreven op een woonadres in de Basisregistratie Personen.
Op grond van artikel 1.2, eerste lid, onderdeel d, van de Wet inkomstenbelasting 2001 (hierna: Wet IB 2001) wordt onder een partner mede verstaan degene die op hetzelfde woonadres als de belastingplichtige staat ingeschreven in de basisregistratie personen en die samen met de belastingplichtige een woning heeft, die hun anders dan tijdelijk als hoofdverblijf ter beschikking staat op grond van eigendom, waaronder begrepen economische eigendom, of op grond van een recht van lidmaatschap van een coöperatie.
De Kennisgroep Toeslagen heeft een standpunt ingenomen over partnerschap bij mede-eigendom van de woning op grond van artikel 3, 2e lid van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (Awir).
Nederland heeft met een groot aantal landen belastingverdragen gesloten ter voorkoming van dubbele heffing van directe belastingen (onder andere inkomstenbelasting en dividendbelasting).
Jaarlijks worden de maximum uurprijzen en toetsingsinkomens voor de kinderopvangtoeslag geïndexeerd bij AMvB. Deze jaarlijkse indexatie zorgt ervoor dat de kinderopvangtoeslag in de pas loopt met de loon- en prijsontwikkeling. Tevens regelt dit Besluit de inzet van de middelen voor 2025 voor het ingroeipad richting het nieuwe stelsel.
Regeling van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid tot indexatie van het wettelijk minimumloon en bekendmaking van het wettelijk minimumuurloon per 1 juli 2024.
Er zijn tien verschillende wettelijke verlofregelingen die bijdragen aan een goede balans tussen werk en zorg voor kinderen of andere naasten. Alleen weten mensen niet altijd waar ze gebruik van kunnen maken, omdat het verlofstelsel door de jaren heen complex en onoverzichtelijk is geworden.
De Kennisgroep inkomstenbelasting niet-winst heeft de vraag beantwoord welk forfaitair bedrag aan dieetaftrek kwalificeert als uitgaven voor specifieke zorgkosten bij overlappende dieettyperingen.
Een echtpaar dient op 11 november 2021 een verzoek tot echtscheiding in bij de rechtbank. Op dezelfde datum wordt één van de twee belastingplichtigen uitgeschreven op het woonadres in de Basisregistratie Personen (hierna: BRP). Vervolgens verklaart de rechtbank het echtscheidingsverzoek op 1 maart 2022 niet-ontvankelijk. De niet-ontvankelijkverklaring is op 1 juni 2022 onherroepelijk geworden. Belastingplichtige en zijn ex-partner blijven ook na 1 maart 2022 op een ander woonadres in de BRP ingeschreven staan.
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank.